
Hoofdstuk 3: Basis systeem functies
3.1: Indeling van het bedieningspaneel van de centrale unit
Met het bedieningspaneel van de centrale unit bedient u het beveiligingssysteem.
LCD
Display
Systeem
Status
indicatoren
Menu
Navigatie
toetsen
Alarm AAN
toetsen
Alfa-
numeriek
toetsenbord
Figuur 3.1: Centrale unit
3.2: Systeem Status Indicatoren
De systeem status indicatoren informeren u over de status van het systeem zoals alarm
AAN, alarm UIT en stroomstoring.
Wanneer de Alarm
indicator……..
Betekent dit…….
UIT staat dat het systeem niet ingeschakeld is
AAN staat dat het systeem ingeschakeld is
knippert dat er zich een alarmmelding voordoet. De indicator stopt met
knipperen nadat het systeem opnieuw is ingeschakeld of nadat de
relevante gebeurtenis in het gebeurtenislogboek is bekeken.
Tabel 3.1: Alarm status indicatoren
1
De alarmmelding verschijnt niet op de display bij het geven van een paniek alarm.
Wanneer de
voedingsindicator….
Betekent dit…
UIT staat dat zowel de voedingskabel als de back-up batterij het systeem niet
van stroom voorziet.
AAN staat dat de voedingsstatus akkoord is
Langzaam knippert
dat de Back-up batterij of de batterij van een zender leeg is.
Snel knippert
Dat de voedingskabel het systeem niet van stroom voorziet
Tabel 3.2: Voeding status Indicatoren
ProGuard800™ -23-
Comentários a estes Manuais